Mijn lichaam gaat in protest. Ook al doe ik graag of er niet zoveel aan de hand is. Ga gewoon door met werken, sporten, sociaal leven. En niet op een laag pitje, nee; alles voor de volle 120 procent. Want zoveel is er toch niet met me aan de hand. Ik schrijf blije berichtjes over mijn gezinsleven. Datenight met de man en leuke uitjes met mijn vriendinnen. Maar ondertussen geeft mijn lichaam andere signalen af. Mijn lichaam is het zat.

Pas geleden was het weer zo’n weekend. Heel de week hard gewerkt, werk wat me gelukkig steeds heel veel energie geeft. Zonder dit werk zou ik er zoveel negatiever in staan, daar ben ik van overtuigd. Maar ik zou in het weekend of de avonden wat meer rust moeten nemen. Nu was het het weekend van de Rotterdam Marathon. Op zaterdag liep ik zelf de Rotterdam City Run. Een wedstrijd van 4.2 km, voor marathonlopers een klein stukje, voor mij iedere keer weer het marathon gevoel. Om ontspannen aan de start te staan moet de ochtend voor mij rustig verlopen, maar vaak is dat niet geval. Want er is was, er moeten kinderen worden weggebracht, dit doet de man vaak maar daardoor gaan we later weg dan ik zou willen en schiet ik in de stress.

Daardoor kom ik gespannen aan in het startvak en erger ik me aan alles en iedereen. Aan de man die naast me staat als steun en die mensen om me heen die blij selfies staan te maken. Aan mijn lichaam wat in protest is en niet doet wat ik wil. En dan moet ik nog beginnen. Met tranen vol emoties wil ik maar 1 ding en dat is naar huis. Uit dat startvak en gewoon niet beginnen. Maar ik ben uiteindelijk wel gestart en gefinisht.

En weer door

‘s Avonds uit eten, wat natuurlijk heel gezellig was maar wel evenement nummer 2 op de dag. Heel de nacht wakker gelegen van de pijn in mijn lijf, te veel pijnstillers naar mijn zin ingenomen. De volgende dag ging het wel weer en na iets twijfelen toch op de fiets mee om aan te moedigen bij de marathon. Aan het eind van de dag weer veel pijn, een lichaam in protest en dus met de trein naar huis. Al met al een te vol weekend met als resultaat de zondagnacht in met Tramadol in de hoop een goede nacht te hebben.

Over een week heb ik een week vrij. En ik, zou ik niet zijn als dat in principe al helemaal volgepland zou zijn met activiteiten. Met mijn vader naar een concert (was zijn verjaardagskadootje), misschien nog een paar dagen weg, afspraakje hier afspraakje daar. En ineens vroeg ik me af, met behulp van mijn psycholoog; waarom? Waarom zou ik niet gewoon een paar dagen thuis op de bank hangen met een boek? Waarom wil ik altijd weg. En waarom zou mijn zoon niet een dag met z’n vader op pad kunnen gaan terwijl ik gewoon een keertje thuis blijf. Waarom is het zo moeilijk voor mij om een keer niets te doen?

Het wordt soms allemaal een beetje te veel

Ik heb als therapie opdracht om in het weekend niet meer dan 1 ding per dag te doen. En dat is dus best een dingetje. Want normaal staan mijn weekenden vol, winkelen, nog even naar het strand, nog even naar dochterlief, hardloopwedstrijd, en alles wat ik kan verzinnen. En daarnaast nog de huishoudelijke dingen, wassen-strijken-boodschappen-schoonmaken. Het wordt soms allemaal een beetje veel. En dat mag nu dus niet meer. Ik doe dit nu een week of drie, dit nieuwe fenomeen voor mij, rust nemen in het weekend. En het begint nu een beetje te wennen, ik lees eindelijk weer eens een boek uit, en kom ook toe aan het uitzoeken van mijn kast omdat ik anders altijd weg was.

Mijn lichaam gaat in protest

Maar er is 1 nadeel aan dit hele verhaal. Mijn lichaam gaat hierdoor in protest. Dat lijkt zich ineens te beseffen hoe vreselijk moe dat het al maanden is. En dat veroorzaakt fibromyalgiepijn. En ik weet ik moet er doorheen. Ik kan niet anders, ik wil niet door blijven gaan. Want als het nu al zo in opstand komt hoe moet dat dan als ik door blijf gaan. Dus knuffel ik tijdens het werk nog even extra met de kindjes, geniet ik in het weekend van een filmpje met de mensen om me heen. En denk ik vooral aan de rust in mijn lijf die hopelijk volgt nadat de ergste pijn is weggezakt.

Om de eindstrijd te behalen met een goed resultaat zal je door moeten zetten. Dat is in sport, en is in het leven niet anders. En in plaats van een beker of een medaille zal mijn beloning rust zijn. Niet meer de drang om elk weekend vol te knallen met activiteiten, maar om tijd te nemen en te genieten. Eens een keertje te kijken hoe het gras groeit in plaats van het weg te maaien voor voor mijn voeten.