Ik ben hier op de Brabantse wal dagelijks een of twee keer per dag te vinden in de polder. Het zal een vaste aanblik zijn voor de bewoners dat ik met mijn grote zwarte hond de dagelijkse route loop. Genietend van de natuur tot deze week er een opeens een raar schouwspel stond op de glibberende kleipaden, diep ver van de bewonende wereld stuitte ik opeens op een groepje “Rare vogels”.

Paparazzi

Een handjevol mensen stonden aan de kant van de sloten. Dikke camera´s met grote telelenzen. Gemonteerd op standaards en menigeen had om zijn hals ook nog een groot toestel hangen. Gekleed in camouflagekleding en hun bik geworpen op de enige boerderij die de polder rijk is aan die zijde. Ik dacht nog even; “Ik zal toch geen last van Paparazzi?”. Maar ik had mijzelf overschat….

Drugstransport

Mijn nieuwsgierigheid won het van de ijzige stilte die de mensen daar over zich afdwongen. Strakke gezichten en gefocust, lichtjes gebogen turend door hun lenzen waagde ik het erop en vroeg; “Er is toch geen drugstransport aan de gang aan de overkant bij die boerderij?”. Niet geheel een opmerkelijke vraag gezien het poldergebied een grens beslaat tussen Nederland en Belgie. Hier in de Zuidwesthoek schrikken we niet snel meer op van enige “illegale” praktijken.

Rare vogels zijn het…

“SSSSSSTTTTTT” klonk het uit zeker tien monden. Een van de mensen nam mij even apart en fluisterde zachtjes dat er een bijzondere vogel hier was gespot in het natuurgebied. Hij was er zelfs vanuit Gent komen rijden. Het ging allemaal om de kleinst waterhoen, de zogenaamde Porzana pusilla. Mensen kwamen van heinde en ver om deze vogel te spotten en op de gevoelige plaat vast te leggen. De stilte was verplicht om de vogels niet te doen opschrikken en zij zich misschien elders zouden vestigen. Dan waren alle wachturen voor niets geweest volgens deze vogelspotter.

Even niet gespot worden

Nu het tafereel mij bekend was, ieder zijn hobby zeg ik dan, liep ik dagelijks mijn ronde in absolute stilte als ik de vogelspotters passeerde. Het aantal groeide met de dag. Van een handjevol mensen stonden er op gegeven moment wel 30 man met al hun apparatuur. Het ging al een paar dagen goed tot die fatale vrijdag. Het weer was heerlijk, zonnetje op mijn gezicht en mijn hond was ook opgelaten. Enigszins vermoeiend was hij door de vele kilometers die we hadden afgelegd. En ik zag het gebeuren, alsof een film in slow motion werd afgedraaid. Mijn 55 kg zware loebes nam een sprint en als een bommetje dook hij zo in de sloot. De belastende sloot waar de kleinst Waterhoen gevestigd zat. Het tafereel was enorm en ik moet zeggen ik heb de Porzana pusilla nu ook gezien. Ik denk voor de laatste keer, het vogeltje zal nu ondergedoken zitten ergens over de Belgische grens en ik loop even een andere route voorlopig. We willen beiden even niet meer gespot worden….