We gaan verhuizen. Het nieuwe huis is al bekend en het huidige huis staat in de verkoop. En dat in de verkoop zetten van zo’n appartement is nog wel een ding. Het begon met een bezoek van de makelaar en daaropvolgend de fotograaf. En dan moet ons gezellige, volle appartement er ineens uitzien als een lege, strakke ruimte. Hoe gaan we dat aanpakken.

Bij alles wat we in handen krijgen stellen we een aantal vragen. Wanneer heb je dit voor het laatste gebruikt? Zit er een belangrijke herinnering aan? Wil je het in het nieuwe huis terugzien. Met deze regels zijn we de laatste drie weken al vier keer naar de vuilstort gereden en al ontelbare keren met volle vuilniszakken naar de container. Ook staat de garagebox al vol met dozen. Allemaal bestickerd met daarop de nieuwe locatie. Zolder/keuken/slaapkamer. Alle kamers komen al voorbij. Het verhuizen is stiekem al begonnen.

Toen we hier gingen wonen was onze oudste een jaar. Ze kreeg naast een roze slaapkamer ook een speelkamer met Winnie de pooh tapijt op de vloer. Dat kamertje is in de laatste achttien jaar het meest omgebouwd denk ik. Eerst kwam er een broertje na twee jaar en werd het zijn kamertje. Grote zus mocht met verf haar handjes op de muur zetten als randje. Na een paar jaar ging daar behang overheen en toen die er weer af kwam toen de jongste op zijn elfde een grote kamer kreeg kwamen de handjes weer tevoorschijn.

Zuslief ging samen wonen en de jongste vertrok naar haar oude kamer, die is net wat groter. Zijn kamer werd kantoor/zet het daar maar neer kamer. En nu voor de verkoop is die kamer weer behangen en staat er behalve een bureau en klein kastje niets meer in. Ruim en strak is het motto van de makelaar. Straks in het nieuwe huis gaat de jongste naar de zolder en krijgt hij een slaapkamer die maar iets kleiner is dan onze huidige woonkamer. Hij is de kamer al aan het indelen met plattegronden en ideeën.

Geen kamer speciaal voor haar

In het nieuwe huis zijn kamers zat maar er is er geen een die echt voor de oudste is ingericht, want ja die is al even het huis uit. En dat voelt raar, zowel voor haar als voor ons. Er is natuurlijk altijd een bed voor haar beschikbaar voor als ze een nachtje blijft slapen maar een kamer speciaal voor haar die is er niet meer. Alsof we ineens een gezin van drie zijn. Dat zelfde gevoel heb ik steeds weer als ik een kaartje naar iemand stuur die jarig is of ziek. Hoe onderteken ik dan. Alle namen, of alleen degene onder dit dak. Ik twijfel steeds weer, daarom doe ik het soms veilig en schrijf ik er Familie Hauser onder, dan hebben we gewoon iedereen gehad.

Achttien jaar herinneringen laten we hier achter. Slechte herinneringen maar ook hele mooie. Kindjes die ’s morgens bij ons op bed sprongen omdat ze televisie wilde kijken. Vriendjes en vriendinnetjes die mee naar huis kwamen om te lunchen. Later de eerste liefde die aanschoof voor het avondeten. De eerste keer liefdesverdriet, de eerste zoen. En nu gaan we met een puber naar een nieuw huis. Waar weer nieuwe herinneringen worden gemaakt. Ik kan niet wachten.