Het mooie van een herinnering is dat niemand jou die kan afnemen. Het verleden is geweest, maar betekent niet dat het vergeten wordt. Soms is het fijn om even stil te staan en terug te denken aan bepaalde momenten in je leven. In mijn vorige blog schreef ik dat aan de ontdekking van mezelf nooit een einde komt: ik blijf groeien en leer mezelf gaandeweg steeds beter kennen. Ik neem je graag mee op reis, maar dit keer via een brief die ik vorig jaar schreef naar mezelf. Deze brief schreef ik als herinnering aan het moment dat ik te horen kreeg dat de amputatie van mijn been zou gaan plaatsvinden. Heb jij ook wel eens een brief naar jezelf geschreven?

Deze brief is geschreven op 13-08-2020

Lieve Julia, 

Ik ben jou en jij bent mij. 

29-05-2020: een datum die je niet snel meer zal vergeten, het was namelijk een spannende dag… Je kwam aan in revalidatiecentrum Rijndam en het voelde erg dubbel, de laatste keer dat je hier binnenkwam was vier jaar geleden. Je hebt daar een zware tijd gehad, maar kwam eruit als een sterker persoon. Je leerde daar om naar jezelf te luisteren en dingen te doen voor jezelf, in plaats van voor anderen. Als je kijkt naar jezelf vanaf het moment dat je daar vier jaar geleden wegliep tot aan het moment dat je daar op 29 mei weer binnenstapte, dan ben je nog zo veel meer gegroeid. Je hebt in die jaren veel over jezelf geleerd en daar ben je dankbaar voor. Het gesprek dat 29 mei plaatsvond was met een revalidatiearts en pijnspecialist, Roos en Guus waren mee: het ging over de mogelijkheid van amputatie.

Na wat algemene vragen over wie je bent en wat je doet vroeg de revalidatiearts wat je hoopte dat er mogelijk was met een amputatie. Dat was even een emotioneel moment, voor jou maar ook voor Roos. Toen zette ze een prothese voor je neer en zei ‘kijk er maar naar, voel maar’. Je brak… Je moest zo hard huilen, tranen van opluchting en bewondering. Je zei: ‘dit voelt zo goed, het alsof dit is wat ik al die jaren heb gemist. Het voelt alsof dit nu al onderdeel is van mij’. Daarnaast vertelde je dat het je veel deed om daar te mogen zitten; om met ze te praten over amputatie; om een prothese te zien. Je voelde je na al die jaren eindelijk gehoord. Na twee uur zeiden ze dat ze contact zouden opnemen met je eigen arts en dat het voor nu afwachten is. Een maand later, 23 juni, kreeg je bericht, het was zo ver: je komt in aanmerking voor amputatie. Julia, ik gun het je. 

De afgelopen jaren heb je zo veel meegemaakt. Fijne en minder fijne momenten. Al die keren dat je het gevoel had dat je het niet meer zou volhouden, dat je het niet meer zou redden omdat de pijn je te veel was, bewees je jezelf ongelijk. Je bent krachtiger dan je denkt. Ik ben trots op je. ‘Als het leven je uitdaagt met tegenslagen, daag jezelf dan uit om sterker te worden’. Dat zeg je altijd tegen jezelf. Julia, je bent sterk

Als je terugkijkt op alle vervelende momenten, onthoudt dat deze je gevormd hebben tot de persoon die je nu bent geworden. Je mag huilen omdat die momenten niet fijn waren, maar laat ze je niet verder beïnvloeden. Wat gebeurd is, is gebeurd. Er zullen nog andere momenten komen waarin je emoties je de baas zijn… Julia, je mag verdrietig zijn.

Amputatie is iets wat je al jaren wilt; je wilt jezelf nu de tijd en ruimte geven die je nodig hebt om dit af te sluiten en om straks een nieuw hoofdstuk te beginnen. Dit is jouw moment. Je kiest ervoor om je eigen doelen bovenaan je prioriteiten te zetten, omdat je het verdient om ze te bereiken. Julia, je doet dit voor jezelf.

Het zullen zware tijden worden, het is niet makkelijk om je hart te volgen. Maar dat is wel wat je doet en daarvoor ben ik trots op je. Je handelt goed wanneer je je op oprechtheid berust, het is geen gemakkelijke weg maar het is wel de juiste. Julia, blijf luisteren naar je hart.

Het hoofdstuk wat je straks gaat beginnen zal niet alleen gaan over glitters en rozen, maar eerder over veerkracht. Het zal een hoofdstuk worden met verdriet, tegenslagen en frustratie: omdat het zwaar en moeilijk wordt. Gelukkig hoef je niet alles alleen te doen. De mensen die je nu om je heen hebt verzameld zullen er voor je zijn wanneer je zegt dat je ze nodig hebt, maar ook wanneer je het niet uit zullen ze er voor je zijn. Ze zullen naast je staan en dit pad met je bewandelen, maar je ook de ruimte geven om alleen te zijn. Wees niet bang om te zeggen als je een momentje voor jezelf nodig hebt, maar weet dat je altijd op ze kan terugvallen.Julia, je mag om hulp vragen.

Regelmatig denk je aan de dingen die je graag zou willen. Je wilt met je koffie in je hand lopen naar de trein, omdat je je handen vrij hebt. Je wilt naar het strand gaan en uitwaaien zonder dat de wind pijn doet aan je been. Je wilt rondjes dansen in de regen, gewoon omdat het kan. Iemands hand vasthouden terwijl je loopt. Je wilt de wereld ontdekken op jouw manier en oneindige avonturen met Guus beleven. Je wilt verlost zijn van je been. Julia, dat je dromen mogen uitkomen.

Dit hoofdstuk wat zich straks opent is eigenlijk een avontuur. Je gaat zoveel nieuwe dingen leren en nieuwe mensen ontmoeten. Er zitten zo veel mooie momenten in een dag en dat weet je. ‘Lach en laat dit gevoel de basis van je dag zijn’ zeg je in de ochtend tegen jezelf. Het heeft geen zin om je zorgen te maken over dingen die nog komen. Je mag er mee bezig zijn, absoluut, maar je weet pas wat er gebeurt als het moment daar is. Luister naar jezelf, je bent je eigen morele kompas en je gevoel is geen bevlieging. Als je dit avontuur ziet als een reis naar jezelf, kom je dingen onderweg tegen die je nooit zou hebben ontdekt als je niet de moed had gehad om dingen te proberen die voor andere onmogelijk leken. Julia, geniet.

Jij en ik hebben al een aardige reis afgelegd samen, waarin we van alles hebben meegemaakt: zij aan zij. We hebben om drie uur ’s nachts op de badkamervloer gehuild, we hebben gelachen op de grote oceaan, we hebben genoten van zonsondergangen. We hebben hoogtepunten en dieptepunten meegemaakt. We gaan nog zo veel dingen beleven samen. Ik weet dat je het spannend vindt om wat je straks te wachten staat, maar ik ben er. Julia, ik zal er voor je zijn.

Zoals deze brief aan haar einde komt, wordt ook dit hoofdstuk gesloten. Ik wil je bedanken voor alles wat gebeurd is en voor alles wat nog komen gaat. Op je achttiende heb je een vlinder laten tatoeëren: in de donkerste periode van haar leven krijgt een rups haar vleugels. In een periode van eenzaamheid en isolatie transformeert ze in haar cocon naar een vlinder. De afgelopen jaren ben je bezig geweest om je eigen vleugels te creëren, nu mag je je vleugels gaan spreiden. Julia, het is tijd.