De term moedermaffia kennen we allemaal. Maar bestaat er ook zoiets als de bejaardenmaffia als je jong en chronisch ziek bent? De hoeveelheid bevooroordeelde opmerkingen die ik van dames en heren boven de vijfenzeventig te horen heb gekregen zijn inmiddels niet meer op één hand te tellen. Vorige week was het weer eens zo ver; ik werd de sportzaal uitgestuurd door een meneer die vond dat ik te jong was om te revalideren. Tijd om mijn favoriete bejaardenmaffia voorvallen eens op een rijtje te zetten. Misschien herken je er wel een paar.

Jij hoort hier niet, je bent te jong

Jij hoort hier niet! Zo zei hij het letterlijk. Het gebeurt niet vaak maar op dat moment stond ik met mijn mond vol tanden. Wat was het geval? Zoals elke dinsdag en donderdag gedurende de afgelopen drie jaar liep ik met frisse tegenzin de sportzaal van de fysiotherapeut in. De week ervoor hadden de fysiotherapeut en ik mijn vaste tijdstip gewisseld voor een paar uur eerder zodat ik meer hersteltijd zou hebben tussen trainen en de kinderen van school halen. Ik train vaak samen met de long Covid of de hartrevalidatie groep. Deze groep kende ik nog niet en de groep mij overduidelijk ook niet. Voor ik iets kon zeggen greep één van de fysiotherapeuten al in en heette me, met voornaam, welkom. Met een dikke knipoog naar mij nam hij het heerschap me en legde dat uit ik al jaren mee revalideer. Dat we dezelfde rollator hebben maar dat ik de mijne gepimpt heb. Meneer stil, ik in een scheur.

Da’s wel een beetje raar he??!

Niet lang daarvoor liep ik in mijn sportkleding het ziekenhuis binnen. Sportschoenen, sportbroek, hoodie, wandelstok en her en der een paar braces. Da’s wel een beetje raar hé, die outfit van jou! Wie loopt er nou op sportschoenen met een wandelstok? Verbaasd keek ik op tegen wie die onbeschofte opmerking gemaakt werd om er vervolgens achter te komen dat ík degene was die aangesproken werd. Helaas stond ik toen niet met mijn mond vol tanden en haalde nogal adrem terug uit. Iets met dat je met een wandelstok zo handig onbeschofte mensen kan meppen. Ik baalde ervan want ik wil dat helemaal niet, ik ben opgevoed met respect voor ouderen. Op de loopband stond ik nog steeds inwendig te foeteren. Wat bezielt mensen toch om ongevraagd dit soort opmerkingen te maken?

Een scootmobiel is voor oude mensen

Ik moet eerlijk toegeven dat dit een opmerking is die ik vier jaar geleden ook tegen mezelf maakte. Toen mij voor het eerst geadviseerd werd een scootmobiel aan te schaffen heb ik het er ook uitgeflapt. Toen ik hem net had werd ik héél regelmatig aangesproken als ik er mee rondreed. De eerste keer kwam er een dame naar me toe om me uit te leggen dat een scootmobiel geen pleziervoertuig is. Dat de wachtlijst via de WMO al zo lang is en oudere mensen voorrang zouden moeten hebben. Ik voelde me echt overdonderd. Zelf moest ik al wennen aan het idee een scootmobiel nodig te hebben. Ik zat helemaal niet te wachten op de oordelen van anderen. Mijn dochter was erbij en legde vriendelijk aan mevrouw uit dat ik niet zo goed kon lopen omdat ik wiebelbillen heb. We lieten de mevrouw met een groot vraagteken achter en gingen giechelend naar huis.

De verpakking is ‘jong’ maar de inhoud oud

Ik kan de meeste van dit soort opmerkingen wel hebben en doorgaans beleefd pareren. Ik word er doorgaans niet onzeker van maar vind gewoon de ander stom. Wat ik lastiger vind is dat ik ook buitengesloten van activiteiten die goed zijn zijn voor mijn lichaam. Sommige sporten voor beperkten richten zich hier in de regio op de doelgroep 55+. De rollator wedstrijd is voor ouderen en ook de scootmobiel toertocht was niet voor mij bedoeld. Ik wilde ook wel eens mee doen toen ik mijn scoot net had. Het leek me een goede kans om het ding wat beter te leren kennen en wat tip & trucs te leren. Maar nee, ik was te jong. Het meeste laat ik met een schouderophalen gaan. Het zal wel, niet de moeite waard om energie aan te verspillen. Tót ik graag mee wilde doen met zwemmen voor lichamelijk beperkten. Ook daar moest ik minimaal 55 voor zijn. Ondanks mijn uitleg dat de buitenkant misschien relatief jong lijkt maar de inhoud toch echt de tachtig nadert werd ik geweigerd. De dame aan de balie gaf gelukkig wél aan dat ik haar aan het denken had gezet.

Vechtend in de regiotaxi

Soms levert het ook wel leuke situaties op hoor. De regiotaxi is één van mijn favorieten. Je raakt nogal eens aan de praat met mensen. Zo zat ik eens met twee oudere dames in de taxi die ik onafhankelijk van elkaar al eerder tegengekomen was maar nog nooit samen. Al gauw werd duidelijk waarom. Zodra mevrouw nummer twee de taxi instapte begon het gekift. Het onderwerp van deze catfight was wie er als eerste naar huis gebracht moest worden. Beide dames vonden dat zij als eerste aan de beurt was. Toen de meeste vinnige van de twee mijn mededeelde dat ik nog jong ben en dus best wat langer in de taxi kon zitten kwam de chauffeur tussenbeide. Zo meissie, jou breng ik als eerste thuis. Jij hebt immers drie kindjes die je op zitten te wachten, zei hij met een zwaar Utrechts accent en een vette knipoog. Op de achterbank werd het ijzig stil en ik moest mijn best doen om niet heel hard te lachen. Later hoorde ik van deze zelfde chauffeur dat deze dames een aantekening in het systeem hebben omdat ze eens na een gezellig kaart middagje op de vuist zijn gegaan in de taxi. Blijkbaar hadden ze elkaar geslagen om wie er als eerste afgezet moest worden. En dan maar tegen mij mopperen dat de jeugd van tegenwoordig steeds onbeschofter wordt.

Trek het je niet aan

Ik tel graag mijn zegeningen en eentje ervan is dat ik het me niet aantrek als ik dit soort domme, schofferende of nieuwsgierige opmerkingen naar mijn hoofd krijg. Het maakt me niet onzeker. Doorgaans reageer ik beleefd en soms bijt ik adrem terug. Ik ga ervan uit dat de ander niet beter weet. Misschien is het mijn taak wel om ze een beetje wijsheid bij te brengen. Wie weet.

Helaas gaat dit niet voor iedereen op. Ik heb al meerdere mannen en vrouwen gesproken die heel onzeker worden van dit soort opmerkingen. Soms lijkt het wel hoe jonger je bent als chronisch zieke, hoe harder de opmerking binnenkomt. Maar jongens, laat ze lekker in hun eigen sop gaarkoken hoor. Laat het je niet raken. Of, zoals mijn dochter zegt: “ze kunnen er niks aan doen hoor mam, dat ze het niet snappen. Je moet het ze gewoon uitleggen. En als ze het dan nog niet snappen dan leg je het gewoon nóg een keer uit. Dat doet de juf ook altijd. Sommige mensen doen er nou eenmaal wat langer over voor ze het snappen.

En gelijk heeft ze. Mensen weten vaak niet beter. Ik ben het niemand verplicht om wat dan ook uit te leggen. Als ik in mijn badpak met hoge hakken op mijn scootmobiel wil rondrijden in de winter dan heeft niemand daar wat mee te maken. Maar ja…….als je er nooit bij stil gestaan hebt dat ook jonge mensen ziek worden of een beperking hebben dan moet iemand het je toch uitleggen. Beleefd of onbeleefd, dat maakt me dan weer niet zo veel uit. Samen krijgen we die bejaardenmaffia er wel onder.